Het begon met een hamer
In de dorpen Oud Ade en Rijpwetering ligt een rijk verleden aan vakmanschap verborgen. Generaties timmerlieden werkten hier met toewijding aan molens, boerderijen, woningen en bruggen. In die wereld van hout, hamers en vaktermen als 'gelijk is ongelijk' ligt ook de oorsprong van Akerboombouw.
Leren van de besten
De geschiedenis van Akerboombouw begint met Johannes (Jan) Hendriksz Akerboom (1824–1882), timmerman én molenmaker. Hij leerde het vak bij niemand minder dan Piet Vrijburg, een toonaangevend timmerman uit Oud Ade die onder meer molens bouwde, zoals de Blauwe Molen in 1904. Zoon Hein Akerboom volgde in zijn voetsporen en gaf het vakmanschap weer door aan zijn eigen zonen.
Tijdens de crisisjaren was werk schaars. Toch vonden Ko en Piet Akerboom hun weg, eerst als timmermannen in Hillegom, later als zelfstandige onderaannemers in Rijpwetering. Ze werden bekend om hun degelijke werk, zelfs in moeilijke tijden zoals de Tweede Wereldoorlog. Hout werd via creatieve omwegen geregeld, en wat er niet was, werd zelf gemaakt. Toen er bijvoorbeeld geen kozijnen beschikbaar waren, werden heipalen verzaagd tot raamwerk.
Van houten heipaal tot stevige onderneming
De echte groei begon na de oorlog. In de jaren vijftig en zestig bouwde Akerboom mee aan de wederopbouw. Er kwamen woningbouwprojecten, ligboxenstallen en een vaste werkplaats aan de Pastoor van der Plaatstraat. Rond 1970 telde het bedrijf al zo’n 35 medewerkers. Akerboom stond toen, en nu nog steeds, bekend om het lage personeelsverloop. Timmerlieden werkten er soms een heel leven lang – een bewijs van goed werkgeverschap én liefde voor het vak.
In diezelfde tijd werkten de Gebroeders Akerboom geregeld samen met andere lokale bedrijven, zoals Fa. J.A. van der Geest uit Oud Ade. Beide ondernemingen droegen bij aan de ontwikkeling van de regio en zijn inmiddels uitgegroeid tot gevestigde namen.
Vakmanschap in de genen
In 1975 kwam de volgende generatie in beeld. De zonen van Piet – Harry, Martien en Ton – namen samen met hun vader de leiding over. Elk met hun eigen specialisme: bouw, projectwerving en kantoor. En hoewel het bedrijf groeide, bleef de familieband én het ambachtelijke karakter altijd centraal staan.
Vanaf 2000 werd het stokje overgedragen aan de huidige generatie. Met onder meer schoonzoon Eric Vrieler en zoon Peter Akerboom kreeg het bedrijf nieuwe impuls. Akerboombouw vestigde zich op het Veenderveld en bleef trouw aan zijn kern: verbouw, restauratie, onderhoud én machinaal timmerwerk vanuit de eigen timmerfabriek.
De trots van Akerboombouw
Timmeren is allang meer dan alleen houtbewerking. Onze timmermannen zijn vakmensen die kunnen tekenen, plannen, uitvoeren en coördineren. Ze werken aan monumentale restauraties, maatwerkoplossingen en duurzame verbouwingen. Net als vroeger. Alleen de gereedschappen zijn iets veranderd.
De trots van Akerboombouw zit in dat ambacht, in het werken met de handen én het hoofd. Het is een erfenis die we koesteren. En die begon met een hamer, ergens op een erf in Rijpwetering.
Bron: met dank aan Sjaak van der Geest voor het delen van zijn onderzoek en herinneringen aan timmerfamilies in onze regio.


